Zwiebelforum in Niedersachsen voorziet in een behoefte
Chris van Laarhoven van het bedrijf HortiNova verduidelijkte het samenspel van structuur, biologie en mineralen in de grond. Een slechte bodemstructuur ontstaat onder meer door het rijden met zware machines op de grond. "De grond ademt dan niet meer goed", aldus Chris. De structuur van de grond is bepalend en daarbij gaat het niet alleen om de aanwezigheid van mineralen. Een grond met een evenwichtige mineralensamenstelling geeft zijn mineralen makkelijk aan de planten af. Een belangrijke factor is de ontwikkeling van de fijne worteltjes in de planten, want via deze worteltjes neemt de plant water en voedingsstoffen op. Als de grondbiologie niet in evenwicht is, zegt de pH-waarde alleen niet voldoende: "Zo kan het zijn dat we bij een lage pH-waarde magnesium moeten bemesten of bij een hoge pH-waarde calcium." Wat betreft de inzet van (nitraat-)stikstof bij uien raadt Chris terughoudendheid aan: "Teveel nitraat maakt de uien aantrekkelijk voor schadelijke insecten en vatbaar voor schimmels zoals Botrytis." Aan te bevelen is daarentegen een bladbemesting, voorafgegaan door een analyse van het plantensap.
In de focus staan momenteel ook bodemverbeteraars. Of dit enkel een 'hype' is of een goede hoop voor veel gebruikte grond belichtte Gera J. van Os van de Nederlandse Aeres Hogeschool. Zij gaf de fascinerende veelzijdigheid van het biologische leven in de grond weer. Elke soort speelt een eigen rol in de complexe levensruimte die we eenvoudigweg 'grond' noemen. Zo zijn er pathogenen die echter door hun antagonisten in bedwang worden gehouden. Het probleem bij grondverbeteraars is dat ze onder laboratoriumomstandigheden ontwikkeld werden en daarom niet perse in iedere akkergrond buiten 'performen'. De bedrijven maken er weliswaar reclame mee dat de producten voor 100 procent natuurlijk zijn, maar vaak worden de inhoudsstoffen helemaal niet duidelijk opgegeven.
Wanneer een ui eenmaal geoogst is, is de juiste opslag belangrijk. De basis hiervoor is de droging. Waar het hierbij op aan komt liet Johan Nijssen van het Nederlandse bedrijf Agrofocus zien. Eén van de gevaarlijkste 'spelbedervers' bij de succesvolle uienopslag is de schimmel Botrytis. Deze schimmel voelt zich thuis bij temperaturen van 20 tot 24 graden Celsius, daarom moet men deze temperaturen indien mogelijk vermijden. Wanneer de uien reeds met Botrytis in de opslag komen, moet de temperatuur naar 30 graden Celsius verhoogd worden. Daarbij kan het aandeel aan buitenlucht gering gehouden worden om verwarmingskosten te besparen. Aan het begin van het drogen moet men daarentegen voor een hogere luchtstroom zorgen, om een snelle droging te bereiken. Ook bij koude buitentemperaturen van -5 tot -6 graden Celsius is de buitenlucht meestal droog, waardoor droging mogelijk is. De basisregel is echter altijd de oogst gezond naar de opslag te brengen, benadrukte Johan.
Ook momenteel zijn de uienprijzen weer op een laag niveau. Niet alleen in Duitsland, maar in heel Europa. Klemens Freiherr von Eerde, voorzitter van de 'Fachverband Deutsche Speisezwiebel' ging in zijn overzicht van de huidige marktsituatie ook in op de toelatingssituatie van gewasbeschermingsmiddelen. Zo wordt de lijst aan werkzame stoffen die door de handelsketens als 'ongewenst' wordt gezien steeds langer.
Op de ochtend van de tweede conferentiedag kon de professionele uienopslagplaats door de deelnemers persoonlijk bekeken worden, want Landhandel Albert Elligsen opende haar deuren voor een bezichtiging.