Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Rabobank:

"​Lagere btw en dus hogere groente- en fruitconsumptie: zo simpel is het niet"

Het klinkt simpel, en de bedoeling achter de voorgenomen btw-verlaging op groenten en fruit is lovenswaardig, maar zoals vaak wordt gezegd: als het te mooi klinkt om waar te zijn, dan is het dat waarschijnlijk ook, zo stelt Rabobank.

In theorie klopt het als een bus. Verlaag de prijs van groenten en fruit en consumenten gaan meer van deze producten kopen en hopelijk ook meer consumeren. Dat is hard nodig, want het Voedingscentrum adviseert om dagelijks 250 gram groente en 200 gram fruit te eten. Met een consumptie van ongeveer 130 gram groente en 113 gram fruit per dag haalt de gemiddelde Nederlander de doelstellingen van het Voedingscentrum bij lange na niet.

Mocht de overheid daadwerkelijk de omzetbelasting op groente en fruit verlagen naar 0 procent, dan hoeven Nederlandse consumenten gezamenlijk een kleine 500 miljoen euro minder uit te geven aan boodschappen. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat groente en fruit een gemiddelde prijselasticiteit kennen van zo’n 0,5-0,6. Dat zou inhouden dat ruwweg de helft van die besparing van 500 miljoen euro door consumenten gebruikt zou worden om meer groente en fruit te kopen.

Dat zou neer komen op – afgerond – 15 gram extra groente en fruit per dag. Om het even plastisch te maken: dat is één extra bloemkoolroosje of drie druiven extra per dag. Daarmee blijven we – zélfs theoretisch – nog ver verwijderd van wat de consumptie volgens de aanbevelingen van het Voedingscentrum zou moeten zijn.

Er zal dus in elk geval meer nodig zijn om Nederland gezonder te laten eten. Bovendien zitten er grote knelpunten in de uitvoering van de voorgestelde btw-verlaging, en is het nog maar de vraag of consumenten de gewenste gedragsverandering zullen laten zien.

Uitvoering roept veel vragen op
Ervan uitgaande dat de leidraad van het Voedingscentrum wordt gebruikt is er een grove indeling te maken van welke producten wel voor de btw-vrijstelling in aanmerking komen en welke niet. Maar er gaat hoe dan ook een grijs gebied ontstaan. Het Voedingscentrum telt voorgesneden groente en fruit mee in de Schijf van Vijf, maar wat nou als er over zo’n verse salade een handje pijnboompitjes is gestrooid? Wel of geen nultarief? En als het nou geen pijnboompitjes zijn, maar reepjes gerookte kipfilet in een Ceasarsalade? Of hoe zit het met alle plantaardige vlees- en zuivelvervangers zonder al te veel zout? Die staan ook in de Schijf van Vijf ten slotte. Net als water, zuivel, noten en vlees. Waar komt de grens te liggen? En hoe wordt er op die grens geanticipeerd door producenten, retailers en de horeca? Gaat een hamburgerketen straks bij wijze van spreken die plakjes tomaat en komkommer op jouw hamburger apart in rekening brengen om zo een halve cent omzetbelasting te besparen?

Over prijzen gesproken, wat gaan de supermarkten doen? Betalen we straks 2,56 euro voor anderhalve kilo Elstar appelen of blijft het 2,79 euro, maar wordt het een zak van 1,64 kilo? Of steekt de retailer de marge in zijn zak?

Consumenten kunnen ook voor andere producten kiezen
Of je als consument meer gram van hetzelfde product kunt kopen hangt van de soort groente of fruit af. Bij sommige soorten is het eenvoudiger meer te kopen, zoals in het geval van appels, druiven, sperziebonen of spruitjes (mits niet voorverpakt). In het geval van een bloemkool, een krop sla of een ananas is dat een stuk lastiger en dus gaat de eerder genoemde prijselasticiteit niet altijd op.

Naast prijselasticiteit komt ook de kruislingse elasticiteit om de hoek kijken: de mate waarin een prijsdaling van het ene product de consumptie van een ander product doet veranderen. Met andere woorden: consumenten zouden het geld dat ze overhouden door de ‘subsidie’ die ze krijgen op gezonde producten ook kunnen gebruiken om juist meer ongezonde producten te kopen. Of om vaker op vakantie te gaan. Of om de hogere gasrekening te betalen. Als de btw-verlaging op groente en fruit vandaag doorgevoerd zou worden, zal de consument de besparing dan benutten om extra groente en fruit te kopen? Of zal hij het vooral zien als een welkome voor de fors gestegen prijzen van boodschappen en andere huishoudelijke uitgaven? kans dat er nauwelijks meer groente en fruit worden gekocht worden.

Met één maatregel ben je er niet
Dat het nieuwe kabinet gezonder eten predikt is zonder meer goed nieuws. De vraag is of een btw-verlaging op groente en fruit de meest effectieve manier is om Nederland gezonder te laten eten. In algemene zin heeft een apart nultarief voor groente en fruit veel haken en ogen. Dat heeft een apart btw-tarief voor voeding eigenlijk sowieso al. Vanuit fiscaal oogpunt wil je namelijk het liefst een zo uniform mogelijk tarief, met zo min mogelijk uitzonderingen. Dat geeft de minste verstoringen en administratieve rompslomp. Als Den Haag de prijzen rechtstreeks wil beïnvloeden, dan zijn directe subsidies op gezonde producten of juist een aparte belasting op ongezonde producten een beter instrument.

Er spelen zoveel verschillende factoren een rol dat losse maatregelen gericht op één specifieke productcategorie niet dé oplossing vormen om een gezondere eetcultuur te bewerkstelligen. Verschillende doelgroepen moeten verschillend benaderd worden. Het prijsinstrument (subsidie/accijns) zal slechts één van de maatregelen zijn die in een ‘deltaplan’ ingepast moeten worden, naast betere voorlichting, nudging, formuleringseisen, persoonlijke voedingsadviezen, en verbod op bepaalde ongezonde producten misschien, en – niet te vergeten – commercie. Ook gezien de praktische bezwaren tegen de btw-verlaging zou zo’n integrale aanpak op langere termijn beter kunnen uitpakken voor de groente- en fruitsector.

Bron: Rabobank

Publicatiedatum: