Sinds de oprichting van Uireka is veel onderzoek gedaan naar de teelt van uien. Er zijn diverse werkgroepen samengesteld, die de onderzoeken uitvoeren en opvolgen. Met een nieuwe periode van drie jaar onderzoek voor de deur was het voor het Uien magazine van De Groot en Slot een goed moment om kort terug te blikken en vooruit te kijken.
Chris de Visser en Gijsbrecht Gunter zijn allebei vanaf de oprichting in 2017 bij Uireka betrokken. De deelnemers van dit platform zijn bedrijven uit de gehele uiensector, zoals zaadhuizen, verwerkers, onderzoeksinstanties en gewasbeschermingsbedrijven. De afgelopen zes jaar is vanuit Uireka veel onderzoek gedaan. Sommige van deze onderzoeken zijn afgerond en andere lopen nog steeds door. Zo zijn er studies uitgevoerd naar koprot, irrigatie, Fusarium, oogsttijdstip, stikstof en ras en reststromen.
Fusariumonderzoek
Als er één onderzoek is dat als meest succesvol kan worden aangemerkt, is dat die naar Fusarium, aldus Chris de Visser. „We zijn erin geslaagd om Fusarium te identificeren. We hebben genen gevonden waarmee we deze schimmel nu moleculair kunnen identificeren in gewas en bodem. Dit houdt in het kort in dat het mogelijk is om met behulp van een grondmonster te bepalen of er Fusarium aanwezig is en in welke mate."
De mogelijkheden om grondbemonstering uit te voeren worden ontwikkeld en het zou mooi zijn als een commerciële partij dit zou oppakken, vervolgt De Visser. "Alle informatie hierover is aanwezig en voor iedereen beschikbaar. Fusarium is een groot probleem in de uienteelt en hiermee hebben we handvatten om te gebruiken in de teelt. Het Fusarium onderzoek loopt ook de komende jaren door, omdat we tevens willen onderzoeken welke gewassen Fusarium vermeerderen of verminderen."
Dripirrigatie
Een andere studie die doorloopt, is dripirrigatie. Hierin wordt onderzoek gedaan naar de beste waterverdeling, zoals slangafstand tussen de rijen, druppelafstand, welke hoeveelheid water geef je en wanneer en het leggen van de slangen (boven op de grond of in de grond en hoe diep). Ook fertigatie en teelt op ruggen worden in deze studie meegenomen. Zoet water wordt schaarser, daar moet in de toekomst meer gedoseerd mee worden omgegaan, zegt De Visser. "We zien dat de teelt van uien met dripirrigatie elk jaar iets toeneemt, maar over tien jaar is het systeem niet meer weg te denken in de uienteelt."
Aanpak meeldauw
In het onderzoek naar de beheersbaarheid en aanpak van meeldauw wordt naar de mogelijkheden gekeken om voorspellingen te doen wanneer de schimmel actief begint te worden. Momenteel zijn er wel meetinstrumenten die de schimmel kunnen aantonen, maar dat willen we een stap voor zijn, legt Gijsbrecht Gunter uit. "Dan hoef je in de toekomst geen wekelijks spuitschema meer te volgen, maar spuit je alleen op het moment dat het nodig is. De kennis is er, die moet alleen nog worden omgezet naar een meetinstrument. Ook dat is een mooie ontwikkeling."
Nieuw onderzoek: kennis op maat
In 2024 worden op drie locaties proeven aangelegd waarop alle kennis die de afgelopen jaren bij Uireka is opgedaan wordt toegepast. Deze geïntegreerde teelt vindt plaats op Proefboerderij Rusthoeve in Colijnsplaat, Proefboerderij Valthermond en bij PPO Lelystad. „Dit wordt een mooie en interessante proef", vertelt Chris de Visser. "Ik kijk hier enorm naar uit en heb er hoge verwachtingen van."
Informatie over de onderzoeken is terug te vinden op de website van Uireka. Hier zit veel bruikbare kennis voor uientelers tussen, aldus Gijsbrecht Gunter. "Informatie die de teler verder kan helpen naar een nog betere uienteelt." Hij geeft aan dat als er initiatieven vanuit telers of studiegroepen zijn, Uireka hiervoor altijd kan worden benaderd. "Dat gebeurt gelukkig ook regelmatig. Zo werken we met elkaar aan een gezonde uienteelt, voor nu en in de toekomst."
Bron: Uien magazine De Groot en Slot
Voor meer informatie:
Uireka
www.uireka.nl