De Europese Unie heeft besloten zijn definitieve besluit over het CETA vrijhandelsverdrag met Canada naar volgende week uit te stellen. Een aantal lidstaten, voornamelijk België en Roemenië, hadden eerder hun zorgen omtrent het verdrag kenbaar gemaakt.
Hoewel meerdere landen bezwaren hebben geuit tegen het verdrag, was het de Belgische terughoudendheid waarop de onderhandelingen vast zijn gelopen, zo liet de Slowaakse minister van Handel, Peter Ziga, weten.
Ziga voegde er aan toe dat hij erop vertrouwt dat het verdrag met Canada desondanks zoals gepland op 27 oktober ondertekend zal worden tijdens de EU-Canada top. "Ik denk niet dat België het laatste struikelblok zal zijn." Deskundigen verwachten dat de laatste details tijdens de EU-top later deze week zullen worden doorgenomen. Cecilia Malmström, commissaris voor Handel van de EU, heeft eveneens aangegeven goede hoop te hebben dat het CETA-verdrag op tijd ondertekend zal worden.
Alle ogen gericht op België
De Waalse deelregering ondersteunt het vrijhandelsverdrag echter niet, waardoor België geen handtekening onder het verdrag kan zetten omdat het land hiervoor de goedkeuring van zijn deelregeringen nodig heeft. De Belgische minister van Buitenlandse Zaken, Didier Reynders, benadrukte het belang dat regering blijft onderhandelen met alle gewestelijke regeringen om voldoende draagvlak voor het verdrag te krijgen.
Ook Bulgarije en Roemenië hebben eveneens aangegeven het verdrag vooralsnog niet te steunen en stellen onder meer visumvrij reizen naar Canada als voorwaarde.
CETA is een vrijhandelsverdrag waarmee 98% van de tarieven tussen de EU en Canada wegvallen. Tegenstanders vrezen dat het verdrag de positie van de Europese consument verzwakt, bijvoorbeeld met betrekking tot de voedselveiligheid. Voorstanders verwachten dat door het verdrag de handel tussen de EU en Canada met 20% zal groeien wat de Europese economie jaarlijks zo'n €13,4 miljard op zal leveren.
Bron: www.dw.com/