Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Jaap Brink van K+S Benelux:

"Chloridearme kaliumbemesting heeft mijn voorkeur"

In het verre verleden bemestten we onze uien met de sulfaathoudende kalimeststof Patentkali. Om prijstechnische redenen zijn de telers jaren geleden overgestapt op de chloridehoudende kalimeststof Kali 60. Jaap Brink, van meststofleverancier K+S Benelux, pleit voor een terugkeer naar sulfaathoudende kali. Of liever gezegd: naar chloridearme kali.

"De bodem heeft voedingsstoffen nodig, zoals kalium", vertelt Jaap Brink. “Met Kali 60 krijgt de bodem inderdaad zijn gevraagde hoeveelheid kalium. Prima, maar kijk eens naar de zoutindex: Kali 60 bestaat voor 47,5% uit chloride. Met het voeden van de bodem met Kali 60 geven we dus een teveel aan chloride. En we weten dat uien daar gevoelig voor zijn. Dat geldt vooral als laat in het seizoen wordt bemest en er onvoldoende uitspoeling van chloride plaatsvindt."

Voor de kalibemesting van uien, pleit K+S daarom voor het gebruik van chloridearme kali, zoals de sulfaathoudende Patentkali met 30% K2O. "Dat product mag je niet vergelijken met Kali 60. Dat is appels met peren vergelijken. De enige overeenkomst is dat beide meststoffen kalium bevatten. Het ene is een enkelvoudige kalimeststof met een hoog gehalte aan chloride, het andere is een sulfatische, chloridearme kalimeststof met tevens aanvullend de belangrijke voedingsnutriënten magnesium (10% MgO) en zwavel (SO3)."

Waarom gebruiken we dan nog steeds zo veel Kali 60, in de wetenschap bovendien dat chloride geen positieve werking heeft op het bodemleven? “We richten ons nog te vaak op de korte termijn. Heeft de bodem kalium nodig, dan geven we hem kalium, zonder dat we naar de bijeffecten ervan kijken. Kali 60 is, puur naar de prijs gekeken, relatief goedkoop. Maar is het dat nog steeds als we de twee kaliummeststoffen beter analyseren door ze prijstechnisch en landbouwkundig te waarderen op hun voedingstoffen, met een kijk wat deze voor invloed hebben op de bodem en het gewas? Ik denk het niet."

Mogelijke invloed op smaak

Uit een eenjarige demoproef van K+S is gebleken dat bemesting met chloridearme kali de smaak en houdbaarheid van de ui ten goede zou komen. Jaap Brink hierover: “De uien uit de proef smaakten wat scherper. Dat zou kunnen betekenen dat ze meer pyruvaat bevatten en een hoger drogestofgehalte hebben. Dat zou de ui weer beter te bewaren maken."

Definitief stelling nemen wil Brink echter nog niet: "Het officiële onderzoek is pas juist gestart en heeft een looptijd van drie jaar. Er worden al te veel producten op basis van eenjarige resultaten uit ‘proeven’ in de markt gezet. Maar wat zegt nu een proef van één jaar? Pas als de resultaten wetenschappelijk onderbouwd zijn, is een advies geoorloofd. Feit blijft in ieder geval dat we kritisch naar onze kaliumbemestingsproducte moeten kijken."

Bron: Uienmagazine De Groot & Slot
Publicatiedatum: