De condensdroger begint zijn weg in de uienteelt te vinden. De voordelen zijn groot: een betere productkwaliteit en continu, energiezuinig en weersonafhankelijk kunnen drogen. Nadelen zijn er ook. Het systeem is duur en vooral interessant voor nieuwbouw of bedrijven die al een koelinstallatie hebben.
Hoewel de absolute droogcapaciteit met kachels en buitenlucht in veel gevallen hoger is, is het grote voordeel van een condensdrooginstallatie dat er continu door koeling wordt gedroogd, zegt Jan van Maldegem, marketing & productmanager bij Tolsma in het Uien Magazine van De Groot en Slot. Koude droge lucht uit het koelgedeelte gaat naar een verwarmingsblok (bypass condensor) en wordt daar opgewarmd. De opgewarmde droge lucht gaat vervolgens door het product in de bewaarruimte heen. De uien geven vocht af aan de droge lucht en worden op temperatuur gehouden. De lucht in de ruimte gaat terug naar de koeler, waar deze wordt ingedroogd. De teler is niet meer afhankelijk van de buitenlucht.
Bij een reguliere koelinstallatie wordt de warmte die de koeling uit het product onttrekt via de condensor naar buiten afgevoerd, aldus Van Maldegem. “Door in de bewaring een extra condensor (bypass) te plaatsen, kan de warmte ook in de cel worden afgevoerd. Door op deze manier tegelijk te koelen en te verwarmen, wordt continu vocht onttrokken uit de bewaarcel. De klimaatcomputer zorgt dat het condensdrogen start zodra de buitenomstandigheden niet meer geschikt zijn en het product niet op de gewenste RV is.”
Doordrogen
Van Maldegem geeft een praktijkvoorbeeld. “Het product komt binnen op achttien graden Celsius. We gaan ervan uit dat er gemiddeld vijf procent vocht in de eerste vijf dagen moet worden verdampt. Dan wordt bij een condensdroger direct lucht met een hogere temperatuur ingeblazen.” De RV van de uien zakt door het drogen langzaam naar beneden en de temperatuur van het product loopt uiteindelijk op. “De warmte is nodig om het vocht te verdampen en wordt daarna opgenomen door de ui”, legt hij uit. “Als de temperatuur van de uien gaat oplopen, drogen ze. Het is daarbij van belang dat de nek van de ui goed droog wordt en dat er kan worden doorgedroogd. Op deze manier is de kans op het binnendringen van ziektes kleiner.”
Naast het continu en weersonafhankelijk kunnen drogen is het met de condensdroger ook mogelijk om na te drogen bij celtemperaturen van een graad Celsius. Dit is nodig wanneer uien zonder kiemremmer worden bewaard, zegt Bart Hoogeveen, medewerker Research & Development bij Tolsma. “Dat is interessant voor biologische telers, maar in de toekomst ook voor gangbare telers. Het gebruik van antispruitmiddelen staat immers regelmatig ter discussie.” Doordat de uien op een lagere temperatuur worden bewaard, is het lastiger om de RV op een constant lager niveau te houden, aldus Hoogeveen. “Met de klimaatcomputers en condensdrogers kunnen we de inblaastemperatuur volledig reguleren en daarmee ook de droogcapaciteit bepalen.”
Energiezuinig
De condensdroger is energiezuinig en werkt volledig op elektriciteit. De installatie is vooral interessant voor telers die plannen hebben voor nieuwbouw of die over systemen beschikken zonder (gas)kachelinstallatie. De aanschafkosten liggen ongeveer drie keer hoger dan bij een reguliere installatie. Daar staat tegenover dat de kosten per dag aan propaanverbruik circa 2,5 keer hoger liggen dan bij drogen met een condensdrooginstallatie.
Van Maldegem denkt dat in de toekomst bij nieuwbouw minder snel voor een systeem op gas wordt gekozen, omdat gas duurder wordt. “Zeker als de teler zelf over zonnepanelen of een windmolen beschikt. Condensdrogen als aanvulling op een bewaarplaats met mechanische koeling kan ook interessant zijn, omdat de droogkosten lager liggen. Bovendien zijn via de EIA-regeling (Energie Investerings Aftrek) fiscale tegemoetkomingen mogelijk.”
Bron: De Groot en Slot