"Een ui op klei in Zuidwest-Nederland of in Flevoland heeft van nature een moeilijkere groei, waardoor hij de hardheid vanzelf krijgt", zegt André Boot van zaadfirma Hazera tegen Nieuwe Oogst. "Als je de ui die het daar goed doet, zou telen in het oosten van Noord-Brabant of in Drenthe, dan zou hij te los opgroeien en te zacht worden voor de export. Voor die nieuwere teeltregio's wil je een ui die rustiger groeit en smallere rokken heeft."
Om geschikt te zijn voor de teelt bij klimaatverandering, nieuwe ziekten en plagen en in nieuwe teeltgebieden is een breed weerbare ui nodig. Veredelaars zoeken de ui die onder alle omstandigheden altijd rustig doorgroeit. Lees hier meer.