In september 2016 stelde containerbedrijf CMA CGM een permanente lijndienst in tussen Vlissingen en West-Afrika. “Het was een service waar bedrijven echt op zaten te wachten”, vertelt Eduard Backer, managing director van CMA CGM Holland. Door de nauwe samenwerking met de sector ontwikkelde de rederij een echte passie voor uien, aldus de uienspecial van Vakblad Primeur.
EduardSalim: Eduard Backer en Salim Nasri van CMA-CGM
CMA CGM is een van de grootste containerbedrijven in de wereld. Het heeft 509 schepen in zijn vloot. Het bedrijf maakt gebruikt van 200 belangrijke scheepsroutes tussen 420 havens in 160 verschillende landen. De wekelijkse afvaart van Vlissingen richting West-Afrika wordt onderhouden met een schip van 4500 TEU. “Het is een nichemarkt maar we hebben wel een hele mooie groei gehad waardoor wij ook continuïteit kunnen bieden. In eerste instantie hebben we de lijndienst in het hoogseizoen laten varen maar al snel konden we besluiten om de lijndienst jaarrond in stand te houden. Ik zie het echt als een succesverhaal, leuk om te zien dat het principe van ‘het schip naar de markt toebrengen’ nog altijd werkt.”
Succes
Het succes van de lijndienst is mede te danken aan de nauwe samenwerking met exporteurs en Salim Nasri, commercieel sales manager bij CMA CGM. Salim ontwikkelde zich tot uienexpert. “In het hoogseizoen gaan er veel uien naar Dakar in Senegal, jaarrond gaan er uien naar onder andere Nouckchott, Free Town en Conakry. Een heel belangrijke datum in de uienhandel is het moment dat de eigen voorraden in Afrikaanse landen opraken. Dan wordt de handel met derde landen vrijgegeven, vertelt Salim. “Op dat moment zit iedereen te wachten en worden de grote volumes verscheept.” Dat is ook het moment dat Nederlandse uienexporteurs allemaal graag ruimte boeken op het schip. “In het piekseizoen is het schip te klein en is er ruimte tekort. Het is net een hotel, vol = vol. Wanneer exporteurs op tijd boeken en de benodigde ruimte goed inschatten, hoeven er geen problemen te zijn.”
Voor handelaren en exporteurs zijn er door de komst van de lijndienst vanuit Vlissingen een aantal schakels uit de keten weggevallen wat naast milieu- en tijdwinst een verbeterde productstroom richting West-Afrika oplevert. “Voorheen kwamen in Vlissingen geen deap sea schepen. Exporteurs brachten uien met vrachtwagens of op binnenvaartschepen richting de haven van Antwerpen of Rotterdam waar meer risico’s aan verbonden zijn. Nu kunnen de exporteurs de uien zelf naar de haven rijden. Ook groeit de vraag naar containers waar wij heel sterk in zijn. Voorheen werden er grote partijen uien op conventionele schepen geladen, pas als die verkocht waren werd er een nieuwe bestelling gedaan. Uien konden daardoor wel een aantal weken in de brandende zon van bijvoorbeeld Dakar liggen wat niet goed is voor de conditie van de uien. Nu kunnen er wekelijks kleinere hoeveelheden per container worden vervoerd wat veel beter is voor de kwaliteit”, vertelt Eduard. Naast lagere transportkosten is tevens het risico dat een container die ‘de boot heeft gemist’ en in de haven moet blijven wachten op het volgende schip, verkleind. “In Vlissingen zijn de wachttijden veel korter dan in Antwerpen en Rotterdam. Als een container door vertragingen een week langer onderweg is, is dat al heel vervelend. In de uienhandel is er nog een extra risico door de volatiele uienprijs, die kan binnen een week zomaar dalen en dan zijn de ‘oude’ uien ineens moeilijker verkoopbaar”, vertelt Salim. “In een koelcontainer kunnen 29000 kilo uien. Uien worden besteld op maat. Naar Dakar gaan voornamelijk grote uien maar in andere Afrikaanse landen willen ze liever kleinere maten. De sorteringen voor verschillende landen kunnen apart worden verpakt in balen van 25 kilo op pallets en allemaal in een container worden vervoerd.”
Tijdens de reis draagt CMA CGM zorg voor de lading. Salim: “De tocht kan enkele weken duren en dan is het belangrijk dat onderweg de temperatuur in de koelcontainers op 8 graden Celsius blijft. Uien zijn een levend product en vroeger moesten uien kunnen blijven ademen waardoor de kwaliteit onderweg achteruit ging. De lage temperatuur in de koelcontainer zorgt tegenwoordig voor dat alle processen in de ui tot stilstand komen, de ui ligt eigenlijk in coma. Wij monitoren onderweg of de koelcontainers blijven werken. We hebben wel eens in Le Havre een lading uien overgezet naar een nieuwe container omdat de motor van een koelcontainer was uitgevallen. Transparantie tijdens de reis over het product wordt steeds belangrijker. Nu bieden we nog als extra dienst de GPS-locatie van de koelcontainer aan, of er schokken in de lading hebben plaatsgevonden en of de container afgesloten is, maar ik verwacht dat dat in de toekomst de standaard wordt.”
Lastig seizoen
2018 was een lastig seizoen voor de uienhandel, zeker in Zeeland heeft de droge zomer zijn sporen nagelaten. CMA CGM merkt dat aan de volumes. “Er zijn dit jaar minder en vaak kleinere uien. Voor ons betekent dat, dat we afgelopen jaar wat minder lading hebben verscheept. . Wij zijn een volume gedreven bedrijf en kunnen onze dienst niet gaan compenseren in prijs. De volumes uien die we vervoeren zijn sowieso sterk seizoensgedreven, we leven daar ook sterk in mee. Wanneer de grenzen sluiten in Afrika, dalen de volumes sterk maar mede door de betere transportmogelijkheden en kwaliteitswinst, is er inmiddels genoeg volume om jaarrond de lijn in stand te houden. Lading moet je ook gegund worden en we krijgen gelukkig veel support uit de sector zodat het goed door blijft lopen.”
Door de lijndienst op te zetten, heeft CMA CGM de wereld achter de ui dus goed leren kennen. “Ik zit al mijn hele leven in het vervoer van containers. Het leukste vind ik toch altijd nog wat er in die containers zit. Wat is het belang van en voor die lading. Ik ben diverse keren op bedrijfsbezoek bij exporteurs geweest. Fascinerend, zo bijzonder wat ze daar presteren met zijn allen. Alles draait om snelheid bij hen, door goed samen te werken is er veel voordeel te behalen. Hoe meer wij weten, hoe beter we op de vraag in kunnen spelen”, besluit Eduard.
De wekelijkse rotatiedienst, de Europe Afrique 1, doet achtereenvolgens de havens van Duinkerken (België), Tilbury (Verenigd Koninkrijk), Antwerpen (België), Vlissingen, Duinkerken, Le Havre (Frankrijk), Montoir de Bretagne (Frankijk), Tanger Med (Marokko), Algeciras (Spanje), Dakar (Senegal), Abidjan (Ivoorkust) en vervolgens weer Algeciras en Duinkerken aan. Tanger en Algeciras zijn transithavens waar lading op andere schepen wordt gezet. Uienexporteurs kunnen hun container ook in Rotterdam afzetten voor transport richting West-Afrika.
Rtm.ebacker@cma-cgm.com
Rtm.snasri@cma-cgm.com