Je krijgt deze pop-up te zien omdat dit de eerste keer is dat je onze site bezoekt. Krijg je deze melding altijd te zien dan heb je je cookies uitstaan en zullen die blijven verschijnen.
U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).
Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken. Bedankt!
Je ziet deze popup omdat dit de eerste keer is dat u de site betreed. Als u dit bericht blijft krijgen zet dan alstublieft uw cookies aan
Zoals die van aardappelen en sperziebonen
Universiteit Wageningen brengt maatschappelijke effecten voedsel in beeld
In opdracht van het ministerie van Economische Zaken (EZ) in samenwerking met de ministeries van Infrastructuur en Milieu (I&M) en Buitenlandse Zaken (BuZa) hebben Wageningen Economic Research en True Price een methodiek ontwikkeld om maatschappelijke effecten van voedsel in beeld te krijgen. De aanleiding vormde het WRR-rapport 'Naar een voedselbeleid' en de kabinetsreactie hierop.
De methodiek zoals ontwikkeld in dit rapport, levert een proof-of-principle van het in kaart brengen van de maatschappelijke effecten van voedsel. Met deze proofof-principle wordt in kaart gebracht wat de maatschappelijke effecten van voedsel mogelijk zijn, zonder het vaststellen van honderden indicatoren. Deze methodiek biedt daardoor alle ketenspelers op snelle en overzichtelijke wijze inzichten die kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van een duurzame voedselketen.
Nederlandse boodschappenmand
Ter validatie is de methodiek toegepast op vijf producten die in een
'traditioneel' Nederlands voedingspatroon passen: verse sperziebonen,
tafelaardappelen, volle melk, rundergehakt uit de melkveehouderij uit
Nederland en pure chocolade met cacao uit Ivoorkust. De maatschappelijke effecten van deze producten zijn vergeleken met de effecten van het (geconstrueerde) gemiddelde voedselproduct in Nederland: de inhoud van een Nederlandse boodschappenmand.
Uit deze studie is gebleken dat het mogelijk is om voor diverse producten zowel de positieve als de negatieve maatschappelijke effecten van de productie en consumptie te bepalen. De effecten op financieel en niet-financiële kapitalen zijn in kaart gebracht. De bekende vaak negatieve effecten springen er in de meeste gevallen ook echt uit. Bijvoorbeeld het effect van melk op het milieu en het effect van de productie van cacao opkinderarbeid, gedwongen arbeid en onderbetaling. Dat melk volgens onze methodiek ook hoog scoort op welvaartsziekten door het hoge zoutgehalte, vetten en suikers is wellicht minder algemeen bekend. De methodiek kan snel op andere producten worden toegepast omdat de grootte van de maatschappelijke effecten voor het gemiddelde voedselproduct al bepaald zijn.
Aardappelen en sperziebonen
De meest opvallende verschillen in de maatschappelijke effecten van de onderzochte aardappelen en groenten zijn: